Veiligheidsregio’s goed op weg
24-09-2013 — De invoering van de veiligheidsregio’s heeft een gunstig effect gehad op de kwaliteit en effectiviteit van het bestrijden van rampen. Wel kan er nog professioneler worden gewerkt en moet de samenwerking tussen betrokken hulpdiensten worden verbeterd.
Dat is de algemene conclusie van de Evaluatiecommissie Wet veiligheidsregio’s. De commissie, onder leiding van de heer Rein Jan Hoekstra, heeft haar advies mede gebaseerd op de door de Inspectie Veiligheid en Justitie opgestelde Staat van de Rampenbestrijding 2013 en het wetsevaluatierapport van het WODC. Minister Opstelten heeft het rapport samen met een eerste beleidsreactie naar de Tweede Kamer gestuurd.
Met de evaluatie komt minister Opstelten een toezegging na, die de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan de Eerste Kamer deed bij de start van de Wet veiligheidsregio’s in 2010. De minister wilde een goed beeld krijgen van de werking van de wet in de praktijk.
Het niveau waarop de veiligheidsregio’s functioneren is de afgelopen jaren verhoogd, concludeert de commissie Hoekstra. De operationele slagkracht is versterkt en de expertise vergroot. Minister Opstelten is verheugd met deze constatering. Hij heeft veel waardering voor het bestuur en de medewerkers van de veiligheidsregio’s die er voor hebben gezorgd dat deze kwaliteitsverbetering is bereikt.
De minister is het met de Evaluatiecommissie eens dat de veiligheidsregio’s de gelegenheid moeten krijgen om zich verder te ontwikkelen. In de directe omgeving van de veiligheidsregio’s zijn veel veranderingen gaande, zoals de recente start van de nationale politie, de oprichting van een landelijke meldkamer en de inwerkingtreding van de Wet publieke gezondheid. Het lijkt dan ook niet nodig om grote wijzigingen in het stelsel en daarmee de Wet veiligheidsregio’s aan te brengen of om schaalvergroting naar tien veiligheidsregio’s te initiëren.
Geconstateerde knelpunten kunnen in de lagere regelgeving worden aangepast of praktisch worden opgelost, zoals de Evaluatiecommissie adviseert. Naar aanleiding van het advies gaat de minister in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Veiligheidsberaad, en stuurt daarna een uitgebreide reactie op het advies van de Evaluatiecommissie naar de Tweede Kamer. Daarin zullen ook de doelstellingen voor de veiligheidsregio’s in de komende jaren aan de orde komen.